De genet is Afrika’s antwoord op de kat: elegant, lenig en met ogen die in het donker lijken te gloeien van geheimen. Met haar slanke lichaam, gevlekte vacht en lange gestreepte staart beweegt ze als vloeibare schaduw door het nachtlandschap.

Overdag rust ze in holle bomen of rotsspleten, maar zodra de zon ondergaat, komt ze tot leven. Ze sluipt geruisloos door het gras op zoek naar muizen, vogels, insecten en fruit. Haar jachtstijl is een mix van precisie en elegantie — geen brute kracht, maar pure finesse.

Er zijn verschillende soorten, waaronder de kleine gevlekte genet en de grote gevlekte genet, maar ze delen allemaal dat typische katachtige gedrag: een beetje afstandelijk, nieuwsgierig, en altijd in controle.

Wie haar eenmaal in het licht van een zaklamp ziet — die slanke gestalte, die vlekken, die zachte tred — vergeet het nooit meer. De genet is als de bush zelf — stil, mooi en vol mysterie.