Tussen de ruige bergen van de Cederberg en de Karoo beweegt een van Zuid-Afrika’s meest trotse bewoners: de Kaapse bergzebra. Deze soort is kleiner dan zijn familieleden, maar straalt pure elegantie uit. Zijn vacht is scherp getekend — dunne, diepe zwarte strepen op een helderwitte ondergrond, zonder schaduwlijnen. De buik is helemaal wit, alsof hij een net kostuum draagt dat op maat is gemaakt voor het bergleven.

De Kaapse bergzebra was ooit bijna verdwenen. Begin 20e eeuw leefden er nog maar zo’n vijftig dieren in het wild. Dankzij beschermingsprojecten in onder andere Mountain Zebra National Park bij Cradock en Gamkaberg is de populatie inmiddels hersteld, al blijft hij kwetsbaar.

Deze zebra leeft in kleine familiegroepjes die behendig over de rotsachtige hellingen bewegen. Hun hoeven zijn perfect aangepast aan het ruige terrein, waar ze grazen tussen fynbos en berggras. Wanneer de wind over de valleien waait, hoor je soms hun zachte hinniken weerkaatsen tussen de kliffen — een geluid dat herinnert aan hoe fragiel én veerkrachtig de natuur kan zijn.