Als de blauwe kraanvogel de ballerina van de bush is, dan is de koritrap haar lompe, maar onweerstaanbaar charmante tegenhanger. Groot, zwaar, en met een blik die zegt: 'Vliegen? Alleen als het écht moet.' Met zijn 15 kilo is de griet de zwaarste vliegende vogel ter wereld — al laat hij dat liever niet te vaak zien.

Hij stapt traag door het gras, alsof hij de eigenaar van het landschap is. Elke beweging is doordacht, elke blik berekend. Zijn veren zijn een mix van zandkleuren — perfect camouflage in de droge bush. En als hij loopt, wiebelt zijn nek een beetje mee. Niet elegant, wel onvergetelijk.

Tijdens de paartijd verandert hij plots in een wandelende wolk: zijn borst zwelt op, veren trillen, en hij paradeert als een trotse haan met overgewicht. Een spektakel dat je gezien moet hebben om te geloven.

Ondanks zijn formaat is de koritrap schuw. Hij vertrouwt op zijn schutkleur en zijn kalmte — en vliegt pas op als je te dichtbij komt. Dan hoor je het zware woesj, woesj van vleugels die lucht verplaatsen alsof een vliegtuig opstijgt.