Snoek
Snoekmakreel
6 kilo
Gewicht :
75 cm
Grootte :
Leefgebied:
Koude tot gematigde kustwateren van de West- en Zuidkust van Zuid-Afrika — vooral rond Kaapstad, Houtbaai en Gansbaai.
De snoekmakreel is zonder twijfel de meest iconische vis van de Kaap. Niet vanwege zijn uiterlijk (lang, zilver en een tikkie grimmig), maar omdat hij diep verweven zit in de Zuid-Afrikaanse cultuur. Op elke vissersmarkt hoor je zijn naam, op elke braai ruik je zijn geur. Snoek ís Kaapstad.
Deze roofvis is een echte jager. Met zijn slanke lichaam en scherpe tanden schiet hij bliksemsnel door het water, op zoek naar ansjovis en sardines. Vaak jaagt hij in groepen, en als hij aanvalt, doet hij dat met militaire precisie. Het is een spectaculair gezicht — zilveren flitsen in het koude blauw van de Atlantische Oceaan.
Snoekmakrelen kunnen tot 2 meter lang worden, al zijn de meeste kleiner. Hun vlees is stevig en vol van smaak, en daarom een favoriet bij vissers. In de West-Kaap wordt snoekmakreel op houtvuren langzaam gerookt of gebakken met abrikozenjam — een typisch Kaapse delicatesse met een zoet-rokerige twist.
De snoekmakreel heeft een wat verwarrende naam. In het Afrikaans heet hij 'snoek'. Niet te verwarren met de Nederlandse snoek, wat een zoetwatervis is. Zijn Latijnse naam Thyrsites atun laat je denken dat het familie is van de tonijn (atun). Maar... de snoekmakreel is geen tonijn. Ook is het geen makreel, al lijkt hij er wel wat op. Hij is de enige soort in zijn familie en heeft dus letterlijk geen neven of nichten. Een echte Zuid-Afrikaanse eenling dus — koppig, sterk, en met een eigen karakter.
Spot tip: De beste kans om snoeken te zien is vanaf de kust bij Houtbaai of Gansbaai, vooral in de koelere maanden (mei–september). Als het water ruikt naar zout en houtvuur, en je hoort vissers lachen op de pier, dan weet je: de snoek is terug, en de braai kan beginnen.
