De Transvaal dikstaartschorpioen is de zwaargewicht kampioen van de Zuid-Afrikaanse schorpioenen. Hij kan tot 18 centimeter lang worden — en als je hem ziet, begrijp je meteen waarom hij respect afdwingt. Zijn pantser is diepzwart en glanst in het licht van een zaklamp als gepolijst obsidiaan.

Overdag is hij onzichtbaar, verscholen in zelf gegraven holen of onder stenen. Maar zodra de nacht valt, komt hij tot leven. Hij beweegt langzaam, bijna berekend, met zijn tangetjes in de lucht en zijn staart licht gekromd — altijd klaar, maar nooit gehaast. Zijn jacht bestaat uit pure precisie: insecten, spinnen, en af en toe een kleine hagedis die net iets te laat was.

Wat hem bijzonder maakt, is zijn dubbele verdedigingsstrategie. Hij heeft zowel krachtige gifklieren als sterke scharen, en weet precies wanneer hij welke inzet. Zijn gif is neurotoxisch en kan bij mensen hevige pijn veroorzaken, maar ernstige incidenten zijn zeldzaam. Zoals de meeste bushbewoners kiest ook hij liever voor de vlucht dan voor de strijd.

Onder UV-licht is hij ronduit spectaculair. Zijn zwarte pantser licht op in een bijna buitenaardse gloed — blauwgroen, als een stukje nachtfosfor dat over de grond glijdt. Dus als je in het donker iets ziet glimmen, stap niet dichterbij om te kijken — het kijkt waarschijnlijk al naar jou.