Veel mensen die op safari gaan, kiezen ervoor met een organisatie en een professionele gids op stap te gaan. Groot gelijk. De gidsen houden onderling contact met elkaar waardoor ze precies weten waar bepaalde dieren (zoals de Big 5) zijn gespot en kennen het gebied op hun duimpje.
Maar zelf op pad gaan, in je eigen (huur)auto, is daarentegen voor veel mensen een avontuurlijke onderneming die ze niet willen missen. Geen gids, geen tijdschema—gewoon jij, je reisgenoten en het prachtige landschap vol wilde dieren. Maar voordat je de motor start en koers zet naar de bush, is het belangrijk om goed voorbereid op pad te gaan.
10 tips voor een selfdrive safari in Zuid-Afrika
1. Kies de juiste auto
Hoewel veel wegen in nationale parken geasfalteerd zijn, is een 4x4 geen overbodige luxe. Sommige parken hebben onverharde wegen en terrein dat ruwer is dan je gewend bent. Bovendien zit je in een hogere auto beter voor het spotten van dieren.
2. Plan je route en houd je aan de openingstijden
Het is belangrijk om te weten dat parken vaste openingstijden hebben. Meestal openen de poorten vroeg in de ochtend en sluiten ze weer bij zonsondergang. Kom je te laat terug? Dan riskeer je boetes of mag je de rest van de nacht buiten het park doorbrengen. Plan dus goed hoe ver je wilt rijden en houd rekening met de tijd. Overigens kun je niet in alle natuurparken zelf rijden, dus zoek dat van tevoren uit. Anders sta je voor een poort, die helemaal niet open gaat...
3. Dieren spotten: wees geduldig en alert
Op safari heb je soms veel geluk, en staan de olifanten je al op te wachten zodra je de poort binnenrijdt. Maar vaak (meestal zelfs) vraagt het om geduld. Rijd rustig, houd regelmatig stil en let goed op langs de kant van de weg. Vele dieren verbergen zich in struiken of liggen lui in de schaduw. Tip: Een verrekijker kan hierbij goed van pas komen. Vergeet niet een verrekijker mee te nemen, zodat je ook op afstand activiteit kunt waarnemen om daar vervolgens naar toe te rijden.
4. Respecteer de natuur
Blijf altijd in je auto, tenzij je op een aangewezen plek bent waar het toegestaan is om uit te stappen. En wanneer je dieren van dichtbij ziet, zorg dan dat je ze niet verstoort. Houd genoeg afstand en zorg ervoor dat je auto geen obstakel vormt. Het is hun thuis—wij zijn slechts op bezoek. Dat betekent dus ook dat je niet off road mag. Blijf op de aangegeven paden en respecteer de natuur.
5. Neem genoeg water en snacks mee
Er zijn in sommige parken wel picknickplekken en een aantal rustkampen waar je iets kunt eten of drinken, maar die zijn vaak schaars en op flinke afstanden van elkaar. Zorg dus altijd voor voldoende water en snacks, vooral als je van plan bent lange ritten te maken.
6. Download een wildlife app
Omdat je niet met een professionele gids op pad gaat, zul je zelf de dieren moeten vinden én herkennen. Gelukkig zijn er diverse apps beschikbaar die je helpen bij het herkennen van dieren, planten en vogels, zoals: iTrack Wildlife, Seek en iNaturalist.
Daarnaast kent het Krugerpark ook een wildlife app, die je op de hoogte houdt van waar de dieren te vinden zijn: 'Latest Sightings - Wildlife'. Het kan ook handig zijn om een goede veldgids mee te nemen. Zo kun je meteen opzoeken welk dier je ziet en meer leren over hun gedrag. Dit maakt je safari niet alleen leuker, maar ook leerzamer.
7. Houd rekening met het weer
Het weer in Zuid-Afrika kan sterk variëren, afhankelijk van de regio en het seizoen. Terwijl de wintermaanden koud kunnen zijn (er ligt op dit moment zelfs sneeuw in delen van Zuid-Arika), kan het in de zomer onverwacht erg hard en veel regenen, zodat zandwegen minder goed toegankelijk zijn, en erg heet zijn. Zorg voor passende kleding en een zonnebril. En vergeet niet om zonnebrandcrème mee te nemen!
8. Fotograferen op safari
Een safari biedt fantastische fotomogelijkheden, maar vergeet niet om te genieten van het moment zelf. Soms is het beter om de camera even neer te leggen en gewoon te kijken. Wil je toch foto's maken? Zorg dan dat je een camera hebt met een goede zoomlens, want de dieren zijn niet altijd dichtbij.
9. Houd een veilige snelheid aan
In nationale parken geldt vaak een maximumsnelheid van rond de 40 km/u. Dit is niet alleen om de dieren te beschermen, maar ook om je de tijd te geven om ze goed te spotten. Bovendien heb je zo de kans om rustig van het uitzicht te genieten zonder stress.
10. Boek vooraf je verblijf in de parken
Sommige nationale parken hebben beperkte accommodatie, vooral in het hoogseizoen. Het is daarom verstandig om van tevoren je overnachtingen te boeken, zodat je zeker bent van een plek. Het voordeel van overnachten in een park is dat je vroeg in de ochtend en laat in de middag, wanneer dieren het meest actief zijn, direct op safari kunt gaan.
Ga op avontuur!
Een selfdrive safari in Zuid-Afrika geeft je de vrijheid om in je eigen tempo te genieten van de wonderen van de natuur. Je bepaalt zelf hoe lang je bij een kudde olifanten blijft staan of wanneer je even pauze neemt voor een picknick met uitzicht over de savanne. Met de juiste voorbereiding wordt dit gegarandeerd een onvergetelijke ervaring.
Benieuwd naar de mooiste parken om jouw selfdrive avontuur te beginnen? Bekijk hier het overzicht van de mooiste safariparken van Zuid-Afrika.
Komentar